pagina afdrukken url versturen naar een vriend
nieuws
verkeersinformatie
indicatoren
studies
verkeerscentrum
veelgestelde vragen
links
contact
Geen actuele filelengte beschikbaar
Werken aan de weg: overzicht van grote werven in 2016
Volg het verkeerscentrum via twitter
De Lijn routeplanner voor openbaar vervoer
Status fietsersliften Antwerpen

Veelgestelde vragen over de spitsstrook


Een spitsstrook: wat is het? waarvoor dient het?

Waar liggen er spitsstroken in Vlaanderen?

Wanneer is een spitsstrook open of gesloten?

Waarom zijn de spitsstroken niet permanent open?

Hoe snel mag ik rijden op een spitsstrook?

Wat moet ik doen als ik pech heb ter hoogte van een spitsstrook?

Waarom zijn er geen spitsstroken op snelwegen NAAR de ringwegen van Brussel en Antwerpen?

In welke mate vermindert een spitsstrook de files?

Wat is het verschil tussen een pechstrook, een 'busstrook'(BOB) en een spitsstrook?

 

 

 

Een spitsstrook: wat is het? waarvoor dient het? 


Een spitsstrook is een extra rijstrook op de snelweg, die op drukke momenten kan worden opengesteld voor het verkeer. Ze zorgt voor een hogere wegcapaciteit en verbetert daarmee de verkeersdoorstroming op de snelweg.

 

spitsstrook open 

Spitsstrook E313 Antwerpen-Hasselt in Wommelgem: 3 normale rijstroken + 1 spitsstrook

 

Een spitsstrook kan u herkennen aan deze kenmerken:

  • de spitsstrook is gelegen aan de rechterkant van de rijbaan, op de plaats van de pech- of vluchtstrook
  • een streeplijn met lange witte strepen van 10m en een tussenafstand van 2,5m scheidt de spitsstrook van de gewone rijstroken
  • dynamische rijstrooksignalisatie boven de spitsstrook duidt aan of de spitsstrook open of gesloten is


Bekijk het filmpje van Agentschap Wegen en Verkeer over de spitsstrook
link naar externe website

 

 

 

 

Waar liggen er spitsstroken? 

 

Dit zijn de spitsstroken die momenteel in gebruik zijn in Vlaanderen: 

 

  - E313 Antwerpen > Hasselt, van Antwerpen-Oost tot Ranst                     sinds 28/09/2011

  - E40 Brussel > Luik, van Sterrebeek tot Bertem                                     sinds 02/09/2013

  - E19 Antwerpen > Breda, van Antwerpen-Noord tot Sint-Job-in’t-Goor     sinds 14/07/2014

  - E17 Kortrijk > Gent, van De Pinte tot Zwijnaarde                                  sinds 03/05/2018

                     

De meeste spitsstroken liggen op de rijbaan WEG van de stad. Waarom geen spitsstroken NAAR de ringwegen van Brussel en Antwerpen? 

 

 

Wanneer is een spitsstrook open of gesloten? 

 

Signalisatie

Een spitsstrook is gesloten als de dynamische signalisatie boven de spitsstrook een rood kruis weergeeft (wegcode artikel 62 bislink naar externe website). Het is dan strikt verboden om op de spitsstrook te rijden. Alleen ter hoogte van een oprit of afrit mag u de spitsstrook kruisen. Een gele pijl op de dynamische signalisatie boven de spitsstrook geeft die locaties aan.
 

Een spitsstrook is open als de dynamische signalisatie boven de spitsstrook een groene pijl of een snelheidsbeperking weergeeft (wegcode artikel 62 bislink naar externe website).  

 

Is de dynamische signalisatie volledig gedoofd, bv. door een stroompanne, dan is de spitsstrook gesloten (wegcode artikel 22 decieslink naar externe website).

 

Openingsuren

Verkeersdrukte kent een relatief vast patroon. Voor de opening van de spitsstroken zijn daarom standaard openingsuren bepaald:

               
    Spitsstrook E313 richting Hasselt en 
    Spitsstrook E19 richting Breda: 

       - maandag tot en met donderdag: van 14u tot 20u

       - vrijdag: van 12u tot 20u

    Spitsstrook E40 richting Luik:
       - maandag tot en met vrijdag: van 14u tot 20u

    Spitsstrook E17 richting Gent:

       - maandag tot en met vrijdag: van 6u30 tot 10u

Als de spitsstrook tijdens die uren versperd is, bv. door een obstakel of defect voertuig, blijft ze gesloten. In bijzondere omstandigheden (bij incidenten, wegwerkzaamheden of evenementen) kan de spitsstrook ook buiten de standaarduren worden opengesteld om de verkeersdoorstroming te verbeteren. 



 

 

Waarom zijn de spitsstroken niet permanent open? 


Een spitsstrook is een tijdelijke maatregel om de doorstroming te bevorderen. Op momenten dat er geen extra wegcapaciteit nodig is, kan een gesloten spitsstrook beter dienst doen als doorlopende vluchtstrook voor voertuigen in nood. (Ter hoogte van een spitsstrook is er namelijk geen pechstrook, enkel pechhavens.) 

 

Wie opent en sluit de spitsstrook?

Het verkeerscentrum bedient de dynamische signalisatie op de Vlaamse snelwegen: ook de signalisatie boven de spitsstroken. Een verkeeroperator stelt de spitsstrook open en sluit ze weer af. De maximale snelheidsaanduidingen gaan volautomatisch. Hoe werkt rijstrooksignalisatie?

 

Spitsstrook openen

Vóór elke openstelling gaat een verkeersoperator met behulp van camera’s na of de spitsstrook volledig vrij is. Ligt er een obstakel of staat er een defect voertuig, dan blijft de spitsstrook gesloten. De politie zorgt er dan voor dat de spitsstrook wordt vrijgemaakt. Na een nieuwe controle kan de verkeersoperator de spitsstrook dan openen.

 

Spitsstrook sluiten

Bij een geopende spitsstrook is de verkeersoperator waakzaam voor defecte voertuigen en ongevallen. Van zodra hij een melding ontvangt of zelf een probleem vaststelt via de camera’s, zal hij de spitsstrook onmiddellijk sluiten. Een rood kruis op de dynamische rijstrooksignalisatie boven de spitsstrook geeft dat aan. Volg dus steeds de dynamische aanduidingen op, voor uw en ieders veiligheid! 

 

Wat moet ik doen als ik pech heb ter hoogte van een spitsstrook?


Snelheidsbeperking

De maximum toegelaten snelheid op de spitstrook is variabel. Op basis van verkeersmetingen verderop op de snelweg wordt automatisch de juiste aanduiding op elk bord gezet. De verkeersoperator komt daar niet in tussen. Om veiligheidsredenen kan de maximumsnelheid op een bepaald stuk weg wel permanent verlaagd zijn.   

 

Hoe snel mag ik rijden op een spitsstrook?

 

 

 

 

Hoe snel mag ik rijden op een spitsstrook? 

 

Een spitsstrook heeft geen vaste maximumsnelheid. De rijstrooksignalisatie ter plaatse geeft aan welke snelheid op dat moment is toegelaten.

 

Tot waar geldt de snelheidsbeperking op de rijstrooksignalisatie?

Hoe werkt rijstrooksignalisatie?

 

 

 

 

Wat moet ik doen als ik pech heb ter hoogte van een spitsstrook? 


Breng uzelf in veiligheid  
  • Probeer met uw voertuig één van de pechhavens naast de spitsstrook te bereiken, zelfs als de spitsstrook gesloten is. Naast de spitsstrook is er immers geen pechstrook. Een pechhaven (of vluchthaven) is een korte strook rechts van de snelweg waarnaar een voertuig kan uitwijken bij problemen.
  • Kan u geen pechhaven bereiken? Zet uw wagen dan op de spitsstrook uiterst rechts, zo dicht mogelijk tegen de vangrail. Zet uw beide richtingsaanwijzers aan.
  • Stap uit langs de passagierskant(!) met een fluovestje aan (wegcode artikel 51.4 link naar externe website )
  • Plaats de gevaarsdriehoek minstens 100m stroomopwaarts van uw voertuig (wegcode artikel 51.1 link naar externe website )
  • Neem samen met uw passagiers (!) onmiddellijk plaats achter de vangrail (!) en ga ruim verderop staan. Een onoplettende chauffeur kan uw voertuig aanrijden. 

 

 
 
Wacht op hulp

  • Bel het noodnummer 101 indien mogelijk. Deze dienst zal de federale wegenpolitie en het verkeerscentrum inlichten. 

Het Verkeerscentrum kan u, als beheerder van de spitsstroken, via zijn camera’s reeds hebben opgemerkt. Een verkeersoperator zal de spitsstrook dan onmiddellijk afsluiten door een rood kruis op de dynamische signalisatie te plaatsen. De wegenpolitie komt zo snel mogelijk ter plaatse met extra beveiligingssignalisatie.

 

 

 

 

Waarom zijn er geen spitsstroken op snelwegen NAAR de ringwegen van Brussel en Antwerpen? 

 

Een spitsstrook is pas nuttig als het verkeer aan het einde ervan aan volle capaciteit vrij kan uitstromen. De snelwegen WEG van Antwerpen en Brussel hebben doorgaans een vrije uitstroom. Daar zijn meestal geen grote knelpunten of wegversmallingen die een goede doorstroming verhinderen. Het extra verkeer dat via de spitsstrook wordt aangevoerd kan dus vlot weg.

 

De snelwegen NAAR (in de richting van) Brussel en Antwerpen komen meestal toe op een ringweg. Op die ringwegen situeren zich meerdere knelpunten: tal van opritten op korte afstand van elkaar die grote hoeveelheden verkeer toevoeren, vele weefzones, lagere rijsnelheden door bochtige aansluitingen op de ringweg, … Daardoor kan het toekomende verkeer niet vlot uitstromen op die ring. Een extra rijstrook kan de filelengte op de toekomende snelweg naar de stad wellicht korter maken, maar doordat de ringwegen zelf grote knelpunten zijn, zal de wachttijd voor de toekomende weggebuikers uiteindelijk dezelfde blijven. De toekomende files zullen niet oplossen.

 

De spitsstroken op de snelwegen bij Antwerpen en Brussel werden daarom aangelegd WEG van de stad. Ze helpen om de namiddag- en avondspits te verlichten. Het verkeer op de ringwegen van Brussel en Antwerpen kan dan door de bredere uitgaande snelweg(en) gemakkelijker uitstromen.

 

 

 

 

In welke mate vermindert een spitsstrook de files? 

 

Het netto-effect van een spitsstrook verschilt van locatie tot locatie. Voor de aanleg van een spitsstrook berekent het Verkeerscentrum met verkeersmodellen welke uitvoering het grootste netto-effect zal opleveren. Een half jaar na de indienstname van een spitsstrook volgt dan een evaluatie uit om het werkelijke effect vast te stellen. 


Spitsstrook E313 richting Hasselt  

De netto afname van het aantal voertuigverliesuren op de Antwerpse ring bedroeg 14% op werkdagen buiten de schoolvakantie tussen 15:00 en 20:00.
Meer details in het rapport 'Evaluatie spitsstrook E313-E34' (samenvatting op p. 145).

 
Spitsstrook E40 richting Luik

De netto afname van het aantal voertuigverliesuren tijdens de avondspits bedroeg 59%.
Meer details in rapport 'Evaluatie spitsstrook E40-E314'.

 

Spitsstrook E19 richting Breda

De netto afname van het aantal voertuigverliesuren tijdens de avondspits bedroeg ruim 90%.
Meer details in rapport 'Evaluatie spitsstrook E19'.

 

Spitsstrook E17 richting Gent

De netto afname van het aantal voertuigverliesuren tijdens de ochtendspits bedroeg 73%.

Meer details in rapport 'Evaluatie spitsstrook E17'.


Let op: De effecten zijn tijdsgebonden. Door wijzigende omgevingsfactoren (bv. meer verkeer, wijzigingen in het verkeersnetwerk) wijzigen ook de effecten. 

  

 

Wat is het verschil tussen een pechstrook, een 'busstrook'* en een spitsstrook?


Zowel de pechstrook, de 'busstrook'*, als de spitsstrook liggen op de snelweg op dezelfde locatie: rechts naast de rechterrijstrook. Daardoor worden ze wel eens met elkaar verward. Onderstaand schema geeft een overzicht van de gelijkenissen en verschilpunten:
 

     Pechstrook 'Busstrook'*(BOB) Spitsstrook
Afscheiding van rechterrijstrook volle lijn volle lijn onderbroken, lange streeplijn
 
Opdruk op het wegdek nee
 
'BUS' + 'TAXI' 
 
nee
 
Verkeersbord nee verkeersbord F18:
bv.
verkeersbord F18: welk verkeer is toegelaten op de bijzondere overrijdbare bedding
 
nee
 
Dynamische rijstrooksignalisatie

 
nee

 
ja soms

 
ja altijd

 
Mag je erop rijden?

NEE NOOIT, rijden over de pechstrook is enkel toegelaten in welbepaalde omstandigheden: prioritaire voertuigen, personen of diensten opgeroepen voor incidentafhandeling en takelwagens.

 

JA indien geopend, maar ENKEL de voertuigen aangeduid op het verkeersbord F18.
 
JA, indien geopend mag IEDEREEN erop rijden.
Op welke snelwegen? op alle snelwegen enkel op snelwegen naar een stad enkel op snelwegen weg van de stad
lees waarom


*De term 'busstrook' wordt hier indicatief gebruikt omdat de officiële benaming uit de wegcode 'bijzondere overrijdbare bedding'(BOB) totaal niet bekend is bij het grote publiek. Als er 'busstrook' staat, bedoelen we BOB.


Wat is een pechstrook?
Een pechstrook is de strook gelegen rechts van de rijbaan van de autosnelweg of de autoweg (wegcode artikel 2.62 link naar externe website).

Aangezien het verkeer hoort te rijden op de rijbaan, dus links van de volle lijn die de rand ervan afbakent (wegcode artikel 75.2 link naar externe website), mag u niet over de pechstrook rijden. De zone rechts van de volle lijn is voorbehouden voor stilstaan en parkeren, maar op autosnelwegen is dat verboden (wegcode artikel 21.4 link naar externe website). De pechstrook is er dus alleen als uitwijkmogelijkheid voor noodgevallen.


Sinds 1 maart 2014 is het gebruik van de pechstrook ook expliciet vastgelegd in de wet (wegcode artikel 9.7 link naar externe website): 'Het is verboden op de pechstrook te rijden behalve:
1° voor de prioritaire voertuigen die een dringende opdracht uitvoeren;
2° voor personen of diensten opgeroepen door het openbaar ministerie of door de federale of lokale politie, om zich bij sterk vertraagd of stilstaand verkeer naar de plaats van een incident langs of op de autosnelweg of autoweg te begeven;
3° voor takelwagens, om zich bij sterk vertraagd of stilstaand verkeer, naar de plaats van een incident langs of op de autosnelweg of autoweg te begeven.'    

Op de locaties waar de pechstrook is vervangen door een spitsstrook of een BOB, is er geen pechstrook meer. 
 
 

Wat is een 'busstrook'* of Bijzondere Overrijdbare Bedding (BOB)?
De 'busstrook'* zoals ze wordt genoemd in de volksmond is officieel een 'bijzondere overrijdbare bedding' (BOB). Het is 'het deel van de openbare weg dat aan het verkeer van voertuigen van geregelde diensten voor gemeenschappelijk vervoer is voorbehouden door middel van de wegmarkeringen bedoeld in de artikelen 72.6. en 77.8. en waarvan het begin is aangeduid door het verkeersbord F18’ (wegcode artikel 2.8link naar externe website).

Dergelijke BOB’s kennen we al een aantal jaren op volgende snelwegvakken:
· E19 tussen St.-Job en Kleine Bareel richting Antwerpen
· E34 tussen Lille en Ranst richting Antwerpen
· E313 tussen Massenhoven en Ranst richting Antwerpen
· E34-E313 tussen Ranst en de Antwerpse ring richting Antwerpen
· E411 vanaf de grens met Wallonië tot aan het Leonardkruispunt richting Brussel
 
Een aantal van bovengenoemde wegvakken zijn uitgerust met dynamische signalisatie boven de rijstroken. Deze sluiten de BOB af voor alle verkeer (rood kruis) buiten de spitsen. Op die momenten kan de BOB een pechstrookfunctie vervullen (uitwijkmogelijkheid bij noodgevallen), maar het blijft een BOB en geen pechstrook. Tijdens de spitsen wordt de BOB opengesteld, maar altijd alleen voor die categorieën vermeld op de blauwe borden F18. Dit gebeurt met een bijbehorende snelheidsbeperking die ervoor moet zorgen dat de snelheid van diegenen die toegelaten worden tot de BOB niet te veel hoger ligt dan de snelheid van het verkeer op de gewone rijstroken, en dit omwille van de verkeersveiligheid. Op BOB’s zonder dynamische signalisatie wordt de snelheid door vaste verkeersborden beperkt tot 50 km/u.

Om het verschil tussen een spitsstrook en een BOB duidelijker te maken, heeft een dynamische snelheidsaanduiding boven een BOB meestal een onderbord 'BUS+TAXI'.

*De term 'busstrook' wordt hier indicatief gebruikt omdat de officiële benaming uit de wegcode 'bijzondere overrijdbare bedding'(BOB) totaal niet bekend is bij het grote publiek. Als er 'busstrook' staat bedoelen we BOB.

 
Wat is een spitsstrook?

Een spitsstrook is een gewone rijstrook, in tegenstelling tot een pechstrook of een bijzondere overrijdbare bedding (BOB). Iedereen mag er dus gebruik van maken, mits ze niet is afgesloten (met een rood kruis) en aan de aangeduide maximumsnelheid.

Aangezien het verkeer over een gesloten spitsstrook niet mag rijden, kan ze voor weggebruikers in nood fungeren als uitwijkmogelijkheid. Veel veiliger is het om de pechhavens te gebruiken. Die bevinden zich op enkele locaties rechts naast de spitsstrook.

 

 

laatste update: 02/05/2018

 

 

terug naar overzicht  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

gebruiksvoorwaarden | privacyverklaring